TwweeT en de kleine dingen

vrijdag, november 29, 2002

Fiets
's Morgens fietsen we in een langgerekte sliert naar het station. Voor me fietsers, achter me fietsers. Drie meter voor me reed een man die vieze geluiden produceerde. Hij kuchte, hoestte en rochelde. Opeens draaide hij zijn hoofd naar links en floepte er iets uit zijn mond. We hadden wind tegen. Op minder dan een halve meter naast me raakte de substantie uit zijn mond de grond. Heel behoedzaam fietste ik hem voorbij. Het leek me veiliger vóór hem te fietsen dan achter hem.