TwweeT en de kleine dingen

zondag, december 08, 2002

Reis
« Goeiemiddag, één ticket naar A. alstublief, enkel. »
Ik sta aan het loket « internationale verbindingen », ik wil naar een stadje in het niet zo verre buitenland. De dame achter het loket tipt snel, verschillende schermen wisselen elkaar af. Vanuit mijn ooghoeken kan ik haar handelingen volgen.
« Dat is onmogelijk. »
Ik sta perplex. A. heeft wel degelijk een station, waarom zou ik daar dan niet kunnen geraken ?
« Hoe, dat is onmogelijk ? Kan je me geen ticketje geven naar A. ? »
« Nee, je moet naar het dichtstbijzijnde station. »
Vraagtekens in mijn hoofd, en ongetwijfeld ook op mijn gezicht. Moet ik mijn ticket gaan kopen in een ander station ? Raak ik niet tot in A ? Ik had de route toch al helemaal op internet opgezocht ? Ik wil en moet vandaag naar A.
De vrouw achter het loket merkt mijn verwarring.
« Ik kan je geen ticket tot A. geven, dat is daar binnenlands verkeer. Ik kan je een ticket geven tot een station in de buurt. »
Het begint me te dagen.
« Ah, ik moet overstappen in R. en G. »
De dame tipt G. « Ja, tot G. kan ik je een ticketje geven. »
Nieuwe problemen duiken op.
« Ik heb helemaal niet zoveel tijd in G. Ik ga daar geen ticket kunnen kopen tot A. »
« Dat kan je op de trein ook wel. »
Geruststelling.
Maar onmiddellijk nieuwe vragen.
« Ik kan ook langs L. naar A., in plaats van langs G. Maar als ik een ticketje heb tot in G. is dat moeilijk natuurlijk. Mijn overstaptijd is nogal krap als ik langs G. ga, langs L. heb ik meer tijd. »
« Wat jij wil, naar L. kan ik je ook een ticketje geven. »
Ik duikel mijn papieren waarop ik alle mogelijke reisroutes verzamelde op uit mijn rugzak.
« Ja, ik denk dat je beter een ticketje tot L. neemt. »
Ik kocht een ticketje naar L., enkel.

Later :
Ik was op tijd in R. Ik zou de trein naar G. gehaald hebben. Maar mijn ticket tot L. verplichtte me te wachten. Ik kocht alvast een ticketje van L. naar A., daar had ik nu toch tijd genoeg voor, straks misschien niet.
Ik slenterde de stationshal door. Er was een broodjeszaak die iedere maand een ander « Europees » broodje verkocht. In september was het de beurt aan België. Ik vroeg me af wat er op dat broodje zou liggen.

Nog later :
Ook in L. kwam ik op tijd aan. De trein naar A. stond al klaar. Twintig minuten later dan wanneer ik langs G. gegaan zou zijn, was ik in A. Drie uur later dan mijn gesprekje aan het loket « internationale verbindingen ».