Treinconversatie
“Waarom huilen baby’s?”
“Omdat ze honger hebben, of omdat ze moe zijn,” antwoordde de moeder aan haar vierjarige kleuter.
“Baby’s kunnen nog niets zeggen, ze kunnen niet zeggen “Ik heb honger,” daarom huilen ze.”
“Huilde ik ook?”
“Ja, jij kon heel hard huilen, maar alleen toen je klein was, nu niet meer.”
“Nee, ik huilde zachtjes, zo.” Het jongetje jammerde zachtjes.
“Neenee, jij huilde veel harder.”
Plots sneed het jongetje een nieuw gespreksonderwerp aan.
“Vindt papa jou lief?”
Mama was duidelijk verrast, er volgde een lange stilte.
“Dat weet ik niet, dat moet je aan papa vragen, dinsdag.”
“En vind je papa lief?”
Weer bleef het lang stil. Het jongetje keek geduldig naar zijn mama.
“Ik denk het wel,” zei de moeder aarzelend. “Ja hoor,” klonk het daarna heel wat zekerder.
“Waarom huilen baby’s?”
“Omdat ze honger hebben, of omdat ze moe zijn,” antwoordde de moeder aan haar vierjarige kleuter.
“Baby’s kunnen nog niets zeggen, ze kunnen niet zeggen “Ik heb honger,” daarom huilen ze.”
“Huilde ik ook?”
“Ja, jij kon heel hard huilen, maar alleen toen je klein was, nu niet meer.”
“Nee, ik huilde zachtjes, zo.” Het jongetje jammerde zachtjes.
“Neenee, jij huilde veel harder.”
Plots sneed het jongetje een nieuw gespreksonderwerp aan.
“Vindt papa jou lief?”
Mama was duidelijk verrast, er volgde een lange stilte.
“Dat weet ik niet, dat moet je aan papa vragen, dinsdag.”
“En vind je papa lief?”
Weer bleef het lang stil. Het jongetje keek geduldig naar zijn mama.
“Ik denk het wel,” zei de moeder aarzelend. “Ja hoor,” klonk het daarna heel wat zekerder.