TwweeT en de kleine dingen

donderdag, mei 08, 2003

Viool
Vanmiddag deed ik een ontdekking, twee eigenlijk. Eén: viooltjes ruiken naar kinderreuk. Twee: viooltjes stinken. Dat is maar logisch ook, dat kinderreuk stinkt, daar kwam ik lang geleden al achter.
En met kinderreuk bedoel ik niet de zoete Oilily-geurtjes, nee, wel de reuk die we zelf maakten. - Parfum is te veel eer voor de geurtjes, dat beseften we toen al. - Dat deden we best vaak, op mooie zomerdagen. We vroegen aan mijn moeder, of aan die van het buurmeisje of we mochten. Reuk maken betekende immers de bloemen in de tuin plunderen. We namen een lege confituurpot, vulden hem met kraantjeswater en gingen aan de slag. Rozen, violen, margrieten, vlijtige liesjes, allemaal verdwenen ze in het water. Zorgvuldig plukten we de bloemblaadjes en dompelden ze onder. Het water kleurde geel, roze, oranje, blauw en rood.
Eén keer wilde ik een zuiver rozenparfum maken. Toen mijn potje vol was met rozenblaadjes vond ik het heerlijk ruiken. Voorzichtig besprenkelde ik mijn polsen met het water. Achter mijn oren bracht ik een druppeltje van het mengsel aan. Ik was er vast van overtuigd dat ik jaren later nog steeds dat geurtje uit dat potje kon gebruiken. Daarom borg ik de confituurpot zorgvuldig op in de kast.
Twee weken later vond ik een bruine, rottende brij terug. Het rook naar viooltjes.