TwweeT en de kleine dingen

vrijdag, oktober 17, 2003

Rood
Zes rode bekertjes staan er nu op mijn bureau. Ik moet de zes bekertjes en hun inhoud redden. Ze waren in gevaar, ze moesten dringend in veiligheid gebracht worden. Bij mij is het veilig. Dat vond H. toch. Hij bracht zijn kostbare bezittingen één voor één naar mij. Of ik er wilde op passen tot de storm geluwd is?
Natuurlijk wilde ik dat. Bij mij stormt het niet. Ik ben zowat de enige persoon hier die ontsnapt aan de wind en het water.
Toen H. me zijn bekertjes bracht, was de schade eigenlijk al niet meer te overzien. Het was duidelijk dat zijn allerdierbaarste bezit de storm niet zou overleven. Het was redden wat er te redden viel. Voorzichtig knipte hij scheuten van zijn plant. De plant die voorheen een groen gordijn had gevormd: de takken en blaadjes stortten zich van boven op de kast tot op de grond en kronkelden daar nog twee meter verder. De plant zou de storm niet overleven. H. deponeerde de scheuten in rode bekertjes, gevuld met water. Daarvoor moet ik nu zorgen, tot iedereen hier verhuisd is, geen kasten meer versjouwd moeten worden en het gevloek opgehouden is.
Wanneer de scheuten wortels krijgen, dan mogen ze aan een nieuw leven beginnen, op de nieuwe plek van H.