TwweeT en de kleine dingen

maandag, november 03, 2003

Winkel
Zaterdagmiddag, 1 november. In de hele stad is er welgeteld één supermarkt open. Die van Mama Lee.
Traag wandelde ik door de winkel. Ik was de enige klant. Ik had niet veel nodig, alleen iets om te knabbelen op de lange treinreis.
Het had iets surrealistisch, de winkel van Mama Lee. Alle diepvriezers waren leeg. Bij de versafdeling lagen enkel vreemde vruchten. De koelafdeling was nog vreemder: gepekelde en gedroogde dieren of vissen. Welke beesten het ooit waren, dat kon ik niet meer uitmaken. De stukken vlees waren zwart of grijs en hadden een onbepaalde vorm.
Er waren nog meer lege rekken. Mama Lee had wel wasproducten en chips en blikken groenten. Ik nam een pak koekjes uit het rek en keek naar de vervaldatum. December 2003, las ik. Ik keerde om en liep langs de rekken met drank naar de kassa. Overal waren lege gaten. Er stonden amper vier flessen cola.
Een zwarte man vroeg me in het Engels of het 1,29 of 1,39 Euro was voor het pakje koeken. Hij kon het niet zo goed lezen. « 1, 29, » zei ik en betaalde. Hij vroeg of ik een plastic zakje wilde, in het Frans. « Nee, » zei ik, « het gaat zo ook wel. »
Mama Lee maakte van het provinciestadje een beetje een grootstad. Een mislukte grootstad dan.
Maar onwillekeurig moest ik ook denken aan de halflege supermarkten in de voormalige Oostbloklanden.