TwweeT en de kleine dingen

dinsdag, februari 10, 2004

Zomer
Ik verlangde ernaar in de boomgaard te spelen, in de moestuin, achter de beschutting van de hagen, waar rond deze tijd van het jaar de roerloze middag even trilde wanneer een perzik uit de boom viel en twee, drie keer door de graspollen stuiterde. Ik wilde zien hoe de hemelsleutel in de barsten tussen de stenen zijn kroon van vette bladeren dichtvouwde tegen de zon, en het lijzige gedruis aanhoren wanneer de kippen hun vleugels als waaiers openklapten.
Ik wilde naar de rand van de boomgaard lopen, over het zandpad, mijn arm voorzichtig door de doornheg murwen en de eerste bramen plukken, daarachter, in de onbekende weidsheid buiten mijn ziel.
Erwin Mortier, Mijn tweede huid, p. 46-47.