TwweeT en de kleine dingen

woensdag, februari 27, 2008

Japan, deel 2

Dit is ook mijn eerste opdracht voor de cursus columns schrijven.

Of ik niet naar Japan kwam, vroeg hij. Vriend T. lachte. Hij besefte ook wel dat zijn vraag redelijk absurd was. Want eigenlijk bedoelde hij: vlieg volgende week naar de andere kant van de wereld. Hij kon een ticket krijgen, zomaar. Gratis. Voor niets. Zijn werkgever hield hem nu al zo lang in Japan dat hij recht had op gezelschap van thuis. En dus belde hij zijn vrienden en deed hij hen een fantastisch maar absurd voorstel. Alle partijen wisten dat zijn aanbod een vergiftigd geschenk was. Wie kan zich immers zo snel vrijmaken om voor een weekje naar Japan te vliegen?

Ik niet, dat wist ik meteen. Onmogelijk. Ik ben immers belangrijk. Ik kan niet worden gemist. Het is veel te druk op het werk. Er zomaar een weekje tussenuit knijpen, dat kan niet. Dat zou onverantwoord zijn. De deuren achter me dichttrekken en mijn collega’s met alle werk opzadelen, dat mag niet. Ik zou mezelf niet langer recht in de ogen durven te kijken. Dat ik omwille van mijn werk een gratis reis naar Japan moet laten schieten, mag me niet deren. Ik kan er zelfs geen spijt van hebben. De plicht roept. Altijd.

Maar is dat wel zo, vroeg ik me plots af. Kunnen we echt niet worden gemist? Zijn we wel zo belangrijk? Wie dicteert ons dat we er niet even mogen uitstappen? En maakt ons dat gelukkiger, altijd mooi in de pas te lopen? Kunnen we dan nooit genieten van het onverwachte? Misschien moeten we geboden kansen af en toe gewoon grijpen. Misschien moeten we ons grote verantwoordelijkheidsgevoel zo nu en dan opzij zetten. Misschien moeten we af en toe niet alleen met de anderen inzitten. Wie weet denken we soms het best ook eens uitsluitend aan onszelf. En moeten we geluk plukken als het komt aanfladderen. Zomaar. Gratis. Voor niets.
Volgende week vlieg ik naar Japan. Ik ga het geluk plukken.